Overgewaaid vanuit Amerika zijn we in Nederland nu ook gek van de worteltaart. Zachte en smeuïge cake met een zoete laag roomkaas. Deze taart wordt extra speciaal door de geglaceerde worteltjes als topping. Deze kun je dus ook gewoon eten!
Verwarm de oven voor op 175 °C. Bekleed de bodem van de springvorm met bakpapier en vet de rand in met boter.
Rasp de winterpeen op een grove rasp. Hak de walnoten grof.
Klop de boter met de basterdsuiker in een mengkom met de mixer in ca. 5 minuten licht en luchtig. Zet de mixer op de laagste stand en klop in een dunne straal de zonnebloemolie erdoor. Voeg één voor één de eieren toe, voeg pas een volgend ei toe als het vorige helemaal is opgenomen.
Zeef de bloem, de kaneel, speculaaskruiden, bakpoeder en 1 mespunt zout boven het beslag en spatel de wortel, walnoten en rozijnen erdoor. Schep het beslag in de springvorm en strijk glad. Bak de worteltaart in het midden van de oven in ca. 50 minuten goudbruin en gaar. Als een satéprikker er schoon en droog uitkomt, is de cake gaar. Laat de taart minimaal 2 uur op een rooster afkoelen.
Maak ondertussen de topping. Week de gelatineblaadjes 5 minuten in koud water. Pers de limoen en sinaasappel uit. Breng het sap aan de kook, voeg van het vuur de uitgeknepen gelatine toe en roer tot het helemaal is opgelost.
Roer de roomkaas en de kwark samen met de poedersuiker tot een luchtige crème. Voeg het sap toe en zet tot gebruik in de koelkast.
Verhit een koekenpan en rooster de geschaafde amandelen in ca. 3 minuten op middelhoog vuur goudbruin. Laat afkoelen op een bord. Schil de mini wortels en kook ze in kokend water in ca. 4 minuten beetgaar. Verwarm de abrikozenjam in een steelpan en wentel de mini wortels erdoor.
Snijd de cake in 2 gelijke lagen. Verdeel de helft van de roomkaas over de onderste cakelaag. Dek af met de andere cakelaag en verdeel de rest van de roomkaas erop. Garneer met de amandelen, de mini wortels en de walnoten.
